Stel uw pensioenvraag
"*" geeft vereiste velden aan
Een appellant is iemand die in hoger beroep gaat en is een term die in Frankrijk al meer dan 500 jaar wordt gebruikt. Vijfhonderdjaar later gaat ‘onze’ appellant in hoger beroep tegen zijn oud werkgever Sopra Steria Nederland B.V. (hierna SSN). Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden doet uitspraak (ECLI:NL:GHARL:2025:6175). Er blijkt sprake te zijn van verjaring waardoor het door appellant gewenste bedrag niet juridisch afdwingbaar is.
Feiten
Appellant wil € 147.269 van zijn voormalig werkgever Sopra Steria Nederland B.V. De werkgever zou in strijd hebben gehandeld met de pensioentoezegging. Ook het hof wijst de vorderingen van appellant af, omdat deze zijn verjaard. Deze beslissing leg ik uit.
Appellant heeft nog onder de toenmalige Pensioen- en Spaarfondsenwet (PSW) in 1999 een pensioenregeling afgesloten. Een zogenoemde C-polis. De pensioentoezegging houdt volgens de schriftelijke arbeidsovereenkomst in dat SSN een premiepercentage van de pensioengrondslag beschikbaar stelt zodat de werknemer een voorziening kan treffen in het licht van een ouderdomspensioen, een arbeidsongeschiktheidspensioen en een weduwen- en wezenpensioen.
Appellant stelt dat SSN zonder zijn instemming de pensioenovereenkomst niet correct heeft uitgevoerd. SSN is het niet met appellant eens.
Is er sprake van verjaring?
Om het begin van de verjaringstermijn vast te stellen gaat het erom wanneer appellant wist dat er sprake was van een tekortkoming in de nakoming van de pensioenovereenkomst en vanaf wanneer hij wist dat hij schade leed door onrechtmatig handelen van SSN.
Voor zowel de vordering tot nakoming als die tot schadevergoeding geldt een (korte) verjaringstermijn van vijf jaar. De artikelen 3:311 lid 1 BW en 3:310 lid 1 BW zijn van toepassing.
Vordering tot nakoming (3:311 lid 1 BW)
‘Een rechtsvordering tot ontbinding van een overeenkomst op grond van een tekortkoming in de nakoming daarvan of tot herstel van een tekortkoming verjaart door verloop van vijf jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de schuldeiser met de tekortkoming bekend is geworden en in ieder geval twintig jaren nadat de tekortkoming is ontstaan’.
Vordering tot schadevergoeding (3:310 lid 1 BW)
‘Een rechtsvordering tot vergoeding van schade of tot betaling van een bedongen boete verjaart door verloop van vijf jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de benadeelde zowel met de schade of de opeisbaarheid van de boete als met de daarvoor aansprakelijke persoon bekend is geworden, en in ieder geval door verloop van twintig jaren na de gebeurtenis waardoor de schade is veroorzaakt of de boete opeisbaar is geworden’.
Oordeel hof
Appellant werd in 2008 bijgestaan door een adviseur en was vanaf eind 2008 op de hoogte van de wijziging in de premieheffing die in zijn ogen een tekortkoming of onrechtmatige daad van SSN oplevert en ten koste ging van zijn OP-opbouw. Hij was toen ook daadwerkelijk in staat om zijn vordering in te stellen. Hij wist, volgens het hof, in 2008 met voldoende zekerheid dat (naar hij stelt zonder zijn instemming) er een andere NP-premie werd gehanteerd én dat hij daardoor schade leed in zijn OP-opbouw.
De rechtsvorderingen zijn daarmee verjaard op 28 november 2013.
Voor onafhankelijk pensioenadvies ben ik u graag van dienst. Contact.
Bijgewerkt op 17 oktober 2025.
17 oktober 2025