Pensioenindexatie bij overgang onderneming

Stichting BMC is overgenomen door middel van een aandelenoverdracht. Kiwa N.V. is de koper. Er was eerder een voorwaardelijke toezegging wat betreft de indexaties van de pensioenen. Een (ex?)-werknemer stelt dat het derdenbeding in de koopovereenkomst ervoor zorgt dat de voorwaardelijke indexering is omgezet naar een onvoorwaardelijke indexering. De kantonrechter en het hof (ECLI:NL:GHDHA:2024:1357) zijn het daar niet mee eens. Welke argumenten heeft de werknemer? Dat is interessant.

Wijziging indexatieperspectief?

Voor de overname was de indexatie voorwaardelijk. In de koopovereenkomst en een navolgende overeenkomst staat onder andere:

‘Partijen in de koopovereenkomst een nadere regeling zullen treffen over de indexering van de pensioenen van de Werknemers op een wijze die consistent is met de afgelopen 3 jaar’

en

‘Koper en de Vennootschap verbinden zich onherroepelijk jegens Verkoper en – als derdenbeding – jegens ieder van de Werknemers er voor zorg te dragen dat de huidige pensioenen van de Werknemers jaarlijks geïndexeerd zullen worden met de CPI Afgeleid met een maximum van 3 (drie) procent. (…)’

Cao- of Haviltex-methode?

Het gaat in deze zaak mede om welke uitlegmethode er geldt, de cao-methode of de Haviltex-methode.

De cao-methode wordt gebruikt door partijen die niet aanwezig zijn geweest bij het opstellen van het contract. De bewoordingen zijn van belang. In deze zaak de tekst opgenomen in het derdenbeding. De Haviltex-norm is bedoeld voor partijen die een overeenkomst met elkaar sluiten en waarbij de bedoeling van partijen een rol speelt.

Welke norm is hier van toepassing?

De werkgever (één van de partijen van de overeenkomst) geeft aan dat het niet de bedoeling was het indexatieperspectief te wijzigen. Werknemer stelt dat het derdenbeding in de koopovereenkomst op grond van de cao-norm naar de letter moet worden uitgelegd. In de overeenkomst staat: ‘geïndexeerd zullen worden’. Dat moet als onvoorwaardelijk worden gelezen.

Hoge Raad over de cao- en Haviltex-methoden

De Hoge Raad heeft eerder overwogen dat tussen de Haviltex-methode en de cao-methode geen tegenstelling bestaat. Eerder een vloeiende overgang en dat de rechtspraak over uitleg als gemeenschappelijke grondslag heeft dat bij de uitleg van een schriftelijk contract telkens van beslissende betekenis zijn alle omstandigheden van het concrete geval, gewaardeerd naar hetgeen de maatstaven van redelijkheid en billijkheid meebrengen.

Beoordeling hof

Het hof is van mening dat als de cao-methode wordt toegepast er inderdaad een verbetering van het indexatieperspectief valt te lezen in het derdenbeding. Echter het doel (Haviltex-methode) van een dergelijke bepaling is in de regel het beschermen van de werknemers en niet om hun rechten aanzienlijk te verbeteren.

Werknemer was partij van de onderhandeling!

Daarnaast blijkt dat eiser in dit geval bij de onderhandelingen over het opstellen van het beding aanwezig is geweest. Als secretaris van het bestuur van de stichting droeg hij kennis van het beding en de totstandkoming daarvan. In zijn bijzijn is de tekst van de overeenkomst besproken en uit onderhandeld.

Tevens heeft eiser een nieuwe arbeidsovereenkomst met de verkrijger getekend waarin hij akkoord gaat met het continueren van de vóór overname geldende pensioenregeling.

Duidelijk, het gaat zoals altijd om alle omstandigheden van het geval en om welke norm er moet worden toegepast.

Meer lezen over pensioengevolgen bij overgang van een onderneming? Dan is het artikel ‘Pensioengevolgen bestuderen voor overgang onderneming‘ wat voor u. Wilt u advies op maat? Als onafhankelijk pensioenadviseur hoor ik dan graag van u. Contact.

Bijgewerkt op 27 augustus 2024.