Pensioengerechtigde leeftijd?
In een arbeidsovereenkomst staat dat het dienstverband in ieder geval op pensioengerechtigde leeftijd van rechtswege eindigt. Welke leeftijd wordt daarmee bedoeld? De AOW-leeftijd of de hogere sinds 2018 geldende pensioenrichtleeftijd die is opgenomen in het pensioenreglement? Hof Amsterdam sprak zich op 10 september 2019 uit (ECLI:NL:GHAMS:2019:3347). Eerst vat ik een verschil van inzicht samen tussen de kantonrechter en het hof.
Kantonrechter
Het pensioenreglement geeft de werknemer de vrijheid zelf de pensioendatum te kiezen maar het kan niet de bedoeling zijn geweest het einde van de arbeidsovereenkomst afhankelijk te maken van de wil van een van de partijen. De kantonrechter volgt niet de uit het pensioenreglement voortvloeiende hogere pensioenrichtleeftijd van 68 jaar maar de op dat moment geldende AOW-leeftijd.
Hof
De werknemer kan het pensioen en ontslag vervroegen echter ‘de arbeidsovereenkomst eindigt alleen van rechtswege (dus zonder dat opzegging vereist is) op de pensioengerechtigde leeftijd van de werknemer, zoals die uit het pensioenreglement volgt. Die datum kan de werknemer niet zelf kiezen en die datum is dus niet afhankelijk van de wil van’ een van de partijen.
en verder:
2001/2003
De pensioenregeling die eerder tot stand kwam dan de aangepaste arbeidsovereenkomst noemt een pensioenrichtleeftijd van 62 jaar. De pensioengerechtigde leeftijd in de arbeidsovereenkomst verwijst volgens het hof naar deze leeftijd. Een paar jaar eerder dan de in die tijd geldende AOW-leeftijd. Volgens het hof is de mogelijkheid open gehouden af te wijken van de AOW-leeftijd.
2013
‘Partijen zijn het er blijkens hun stellingen over eens dat de pensioenleeftijd na 2003 is opgeschoven en dat op grond van het pensioenreglement de pensioengerechtigde leeftijd in 2013 65 jaar was. Dat leidt tot de conclusie dat onder de pensioengerechtigde leeftijd in de arbeidsovereenkomst de pensioenrichtleeftijd in het pensioenreglement moet worden verstaan’.
2018
Pensioenrichtleeftijd wordt aangepast naar 68 jaar. Dat is dan ook meteen de nieuwe pensioengerechtigde leeftijd. Omdat deze ná AOW-leeftijd ligt, kan de arbeidsovereenkomst pas bij het bereiken van deze hogere pensioenrichtleeftijd worden opgezegd (artikel VI onderdeel B).
Voor alle werknemers in dienst bij deze werkgever (met eenzelfde arbeidsovereenkomst) verandert er niets op het moment dat de AOW-leeftijd wordt bereikt. Hoewel; ze ontvangen naast het inkomen uit arbeid een AOW-uitkering en hoeven over al deze inkomsten geen AOW-premie te betalen. Dat scheelt 17,9% in 2019 over het inkomen tot de 3e belastingschijf. Netto besteedbaar blijft er meer over en ze houden de vrijheid naar eigen keuze eerder te stoppen.
Meer keuze leidt niet altijd tot meer stress.
Eind 2020 oordeelde hetzelfde hof in een ander geschil ook over het begrip ‘pensioengerechtigde leeftijd’. Deze uitspraak vindt u door hier te klikken.
Als onafhankelijk pensioenadviseur geef ik (Dirk-Jan Plate) u graag pensioenadvies.
Bijgewerkt op 14 december 2020.